Poeder en gegranuleerd poeder.
Droog en nat granuleren hebben elk hun voor- en nadelen. Welk proces het beste is, hangt af de eigenschappen van het materiaal, of je met een batch- of continuproces werkt, of energieverbruik een prioriteit is en hoeveel fysieke ruimte er is. In dit artikel zetten we de voor- en nadelen op een rij.
Of je voor droog of nat granuleren kiest, hangt af van een aantal factoren:
Bij vocht- en hittegevoelige en hygroscopische materialen is vooral droog granuleren geschikt, omdat er geen vloeistof en droogstappen bij komen kijken. Met natte granulatie zijn dit soort materialen lastig te verwerken.
Bij kleverige materialen geldt het omgekeerde. Droge granulatie werkt dan niet goed, omdat de rollers van de roller-compactor vast kunnen lopen. Ook bij materialen die lastig te comprimeren zijn, zoals paracetamol, werkt de roller-verdichter minder goed. Het granulaat wordt dan te bros voor verwerking in de tabletteermachine. Natte granulatie levert doorgaans een hard granulaat op.
Droge granulatie is een continu-proces, terwijl nat granuleren met de high-shear mixer een batch-proces is. Het mengvat met poedermengsel en bindmiddel moet steeds opnieuw gevuld worden als het leeg is. Continu-processen zijn in principe sneller, efficiënter en eenvoudiger op te schalen, en zijn onder meer populair in de farmaceutische industrie, die steeds meer op dit type proces overgaat.
Natte granulatie kent vanwege de vereiste droogstap een veel hoger energiegebruik dan droog granuleren. Droge granulatie is energie-efficiënter.
Het natte granulatieproces neem doorsnee 4 keer zoveel ruimte in de fabriek in beslag. Droge granulatie met een roller-verdichter is vanwege zijn enkelvoudige processtap een veel compacter proces.
