Het bedrijfsleven, universiteiten en overheden willen samen innovatieve en energiezuinige droogtechnieken ontwikkelen. Een speciaal kenniscentrum – het Dutch Drying Institute, DDI – moet hierin een belangrijke rol gaan spelen. Tijdens een vaksymposium op 2 december in Utrecht is het startsein gegeven voor een haalbaarheidsstudie naar de mogelijkheden van het DDI.
Voor de `soep uit een pakje` is in de fabriek eerst het vocht uit het poeder gehaald. Ook het papier van de krant of het magazine is gedroogd. Het zijn slechts twee voorbeelden van het toepassen van droogtechnieken bij de fabricage van producten. De technieken zijn echter lang niet altijd modern, de vernieuwing verloopt traag en kennis is slecht beschikbaar. Vooral voor het mkb is dit een probleem. Daarom wil de sector de verschillende droogtechnieken verder innoveren en de kennis daarover beter delen, door een speciaal kenniscentrum op te richten. Het Dutch Drying Institute heeft als doel om droogtechnologieën te (helpen) ontwikkelen die niet alleen innovatief zijn maar die ook 50% minder energie gebruiken. Van alle energie wereldwijd (industrie, transport, huishoudens) gaat maar liefst 8% op aan drogen.
Bijzondere samenwerking
Initiatiefnemer voor de plannen is de Noordelijke Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij (NOM) in samenwerking met de Nederlandse Werkgroep Drogen (NWGD), een netwerk van Agentschap NL waarin industrie en kennisinstellingen samenwerken. Henk van Deventer, voorzitter van de NWGD: `De verwachtingen zijn hoog gespannen. Het DDI moet een impuls geven aan de Nederlandse industrie. Een haalbaarheidsstudie waarin veel betrokken bedrijven gezamenlijk optrekken is een doorbraak in Nederland. Ook in het buitenland zie ik veel mogelijkheden voor dit DDI.`
Friesland beoogd als locatie voor DDI
De haalbaarheidstudie naar het DDI moet de technische en economische mogelijkheden van het centrum aantonen. Als het DDI wordt gerealiseerd, wordt gedacht aan Friesland als vestigingsregio. Hans Praat van de NOM: `Het DDI sluit perfect aan op de Noordelijke ecostructuur waarin agrifood, watertechnologie en duurzaamheid een prominente rol spelen. Hier zitten veel bedrijven met complexe droogprocessen, en veel fabrikanten van droogapparatuur met hun toeleveranciers. Drogen is ook `watertechnologie` zodat het DDI goed aansluit bij het water-onderzoeksinstituut Wetsus dat al in Leeuwarden is gevestigd.` De studie is gereed in het najaar van 2011 en wordt gefinancierd door de industrie, Agentschap NL (onderdeel van het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie), de NOM en de provincie Friesland.