Tekst: Pieter van den Brand | Fotografie: Marco Vellinga
De markt voor refurbished procesmachines zit in de lift. Beschikbaarheid, prijs en circulair denken jagen het hergebruik aan. “Een overtollige machine naar het oud ijzer brengen is pure verspilling”, aldus Eric Saat, directeur van Foeth.
Tekst: Pieter van den Brand | Fotografie: Marco Vellinga
Het beginjaar 1908 komt bij Foeth prominent in beeld. Dat is niet alleen om robuustheid uit te stralen, maar ook om aan te geven hoe ver de hergebruikgedachte van het bedrijf al teruggaat. De grondlegger van het bedrijf, dat nu gespecialiseerd is in het refurbishen en leveren van gebruikte machines, had 114 jaar terug al een circulaire bril op. Arie Foeth beijverde zich in die tijd rond Zaandam en Amsterdam met het hergebruik van materialen en machines uit schepen en fabrieken. I
n de jaren zestig streek de derde generatie Foeth neer in Barneveld, waar ook de huidige onderneming nog gebruik maakt van het grote terrein (30.000 m2) met bedrijfshal en werkplaats. Continu staan er zo’n 3.000 machines te wachten op een tweede leven. Hun doorsnee leeftijd ligt rond de tien jaar.
De verhalen achter de herplaatste machines spreken boekdelen. Een in Oost-Duitsland ingekochte Nutsche-filtratieunit – een veelgebruikte techniek om vaste stoffen uit een oplossing te halen – ging na drie jaar opslag naar een smaakstoffenleverancier met groeiambities in Indonesië. De sproeidroger die twee jaar terug uit het lab van een grote Duitse levensmiddelenfabrikant is overgenomen, staat in Finland bij een cleantech-startup, die uit houtzaagsel en boomschors additieven extraheert als stabilisator in onder meer medicijnen en cosmetica.
Drie meng-drogercombinaties van een Frans chemiebedrijf zijn naar een batterijrecycler in Engeland gegaan, om het proces voor het opwerken van het teruggewonnen lithium op te schalen. “Dit is exact het spel dat wij zo goed mogelijk proberen te spelen”, zegt directeur Erik Saat. “Het mooie is dat onze machines vaak in een totaal andere tak van sport terechtkomen. Veel bedrijven willen met nieuwe productieprocessen experimenteren. Ook startups komen bij ons voor machines. Exact op de nieuwe processen toegespitste machines zijn er nog niet. Onze machines hebben de gevraagde functionaliteiten vaak al min of meer in huis. We staan zo vaak mede aan de wieg van innovatie”, zegt Saat.
“Circulariteit is een sterke drive”Eric Saat, directeur van Foeth in Barneveld.
Foeth concentreert zich op productiemachines voor poeders en additieven. Het gaat hierbij om processen in kleine batches (tot enkele honderden kilo’s groot), maar in een breed productenportfolio. De klanten zitten in de farmacie, de speciaalchemie, de food en de feed.
“Bij de eindmarkten is een verdiepingsslag gaande met steeds afwisselendere producten”, vertelt Saat. “De vraag naar additieven groeit, zoals smaak- en geurstoffen, en daarmee de vraag naar dit soort procesmachines. Met nieuwbouw alleen is deze stijgende vraag niet bij te benen. Vandaar de toenemende belangstelling voor refurbished.”
De kern van Foeth’s klanten zit in Europa. Eromheen zit een schil van afnemers uit Noord-Amerika, het Midden-Oosten en Azië. Als laatste zijn er de klanten uit het minder kapitaalkrachtige Afrika, die meer naar de onderkant van het assortiment kijken. Het bedrijf heeft flink geïnvesteerd in online marketing om de wereldwijde clientèle te bedienen.
“De specificaties van machines presenteren we zo uitgebreid mogelijk op de website, met de volledige geschiedenis en de handleidingen en eventuele keuringsrapporten erbij. We zien dat het goed werkt, maar de internationale schaal is ook nodig. Alleen zo kunnen we voldoende machines afzetten.”
De belangrijkste redenen voor bedrijven om bij Foeth te komen is niet alleen de snelle beschikbaarheid van machines en het relatief aantrekkelijke prijskaartje. “Circulariteit is een sterke driver”, zegt Saat. “De schaarste aan grondstoffen neemt toe en de prijzen schieten omhoog. Door corona is de supply-chain in de war geraakt. De levertijd van nieuwbouw is verder opgelopen. Door stijgende grondstofprijzen zijn ook de prijzen van nieuwe machines met tien tot twintig procent gestegen. Wij hebben daar veel minder last van. En er zijn nog zoveel oude machines die met een beperkte ingreep een nieuwe toepassing kunnen krijgen, en dat stekkerklaar. Vaak gaat het om machines die om een andere reden dan puur slijtage niet meer gebruikt worden, bijvoorbeeld omdat het te duur is geworden voor het bedrijf om een product zelf te maken. Met de machines zelf is meestal niets mis. Dit zijn machines die gewoon een tweede leven verdienen.”
“Het mooie is dat onze machines vaak in een totaal andere tak van sport terechtkomen”Eric Saat, directeur van Foeth in Barneveld.
Vertrouwen blijft belangrijk. “Aan de technische kant”, legt Saat uit, “moeten bedrijven soms nog wel een drempel over. Op nieuwe machines geeft de bouwer een prestatie-garantie. Een gebruikte machine kun je niet tailormade maken. Vaak gaat het zo dat een bedrijf een nieuw product wil gaan maken en wij een machine hebben staan die mooi in die productielijn past. We willen dan graag bewijzen dat we aan de wensen kunnen voldoen en steken daar onze nek voor uit. We hebben ervaring, vakmanschap en creativiteit in huis. Als het dan lukt, ontstaat er een vertrouwensband. Bij een groot aantal bedrijven zitten we op het vinkentouw om een volgende machine te leveren. Zij kiezen graag weer voor refurbished. Het mooie is dat de bedrijven waar wij machines van kopen, een vergelijkbaar bewustwordingsproces hebben doorgemaakt. Ze bellen niet langer meteen de schroothandel, maar wachten daarmee tot ze eerst met ons hebben overlegd of de machine niet een tweede leven kan krijgen.”